De mooiste liefde is – geromantiseerde,
niet bestaande, niet gerealiseerde of onmogelijke – liefde. Alleen die is ideaal
en dus heel lang en heel gelukkig. Het gemis aan zo’n liefde en zeker een verloren
of onbereikbare liefde levert de diepste emoties en daardoor de mooiste
kunstwerken op.
En ze leefden nog lang en gelukkig ……
Sommige mensen leven inderdaad lang,
maar het laatste stuk altijd in hun eentje. In de meeste gevallen eenzaam en zelden gelukkig,
omdat ze weinig of niets meer hebben om naar uit te zien en er geen ruimte meer is voor toekomstdromen.
Dat is op den duur dodelijk voor de geest en op de iets langere termijn ook voor
het lichaam.
(Dag)dromen fungeren als vluchthaven
en maken het leven dragelijk. Af en toe dromen om aan het alledaagse leven te
ontsnappen, ook al mankeert daar objectief gesproken weinig aan. Dromen zijn
ook de reddingsboei om mentaal te kunnen overleven in tijden van tegenspoed. Hopen op betere tijden.
Even onkwetsbaar zijn en jezelf daardoor onkwetsbaar maken, wat er ook met je
gebeurt.
Hoop is geen realiteit. Hoop is een
droom over iets uit de toekomst en per definitie positief. Hoop doet leven zegt
men. Om in leven te blijven moet je dus blijven hopen, blijven dromen betekent
dat. En daarmee af en toe vluchten uit het hier en nu.
Vreemd eigenlijk, want veel filosofen wijzen er juist op dat je méér moet leven in het hier en nu, in plaats van
minder. Zo zie je maar wat er van je terechtkomt als je niet kunt dromen; je
wordt filosoof. Je blijft over de zin van het leven denken terwijl je van
tevoren weet dat de vraag niet kan worden beantwoord. Alsof je daar gelukkig
van wordt.
Zouden ze dat bedoelen met het leven
in het hier en nu? In dat geval voel ik er weinig voor. Dan blijf ik er liever
mijn eigen droomland op nahouden. Het is er vredig, alles kan en alles mag en niemand
die er wat van zegt.
Kom dààr maar eens om in het hier en
nu.
Terug een stukje waar je maar kan van dromen.
BeantwoordenVerwijderenPrachtig Willem.
Liefs
Marijke.