Het zal rond mijn 18e levensjaar zijn geweest dat lol eraf was van de knallen die we tot dan toe produceerden. Dat moest harder. Maar dan meteen goed. Een superknal. De knalbehoefte hield gelijke tred met onze testosteronspiegel, maar daar hadden we toen geen idee van.
(Onlangs heeft Frank Schouten een boekje geschreven over 'echte mannen'. Kenmerken zijn volgens de schrijver o.a.: staande plassen, bier drinken en porno kijken. 'Vuurwerk afsteken' stond daar niet bij. Volgens mij ten onrechte. Kleine bommen, grote bommen en dan sexbommen. Een logische volgorde.)
Het driemanschap (de twee neven en ik) besloot voor de volgende jaarwisseling een allesovertreffende knal te produceren. De hoeveelheid springstof zou minstens 25 maal groter zijn dan wat we tot nu toe hadden gemaakt.
De
voorbereiding namen enige maanden in beslag. Alles moest in het diepste geheim
gebeuren want mijn ouders hadden bezwaar tegen deze hobby. Onze studeerruimte
was in een souterrain meteen onder de woonkamer en daar bewaarden we ook de chemicaliën.
Hoezeer we mijn ouders ook probeerden uit te leggen dat er niets kon exploderen
als de stoffen niet gemengd waren, dat hielp niet.
Mijn
vader was - door ervaring - achterdochtig geworden en inspecteerde ons
studeerhok bij onze afwezigheid. Dat vermoedden we tenminste. Nadat we in
navolging van detectiveromans een paar controlemiddelen hadden ingezet (zoals een haar tussen de kastdeur klemmen),
wisten we het zeker. We hadden een geheime bergplaats nodig.
Op de
bovenste plank van de eikenhouten boekenkast in het souterrain stonden oude
boeken. Om de linnen band zaten papieren omslagen. We knipten de ruggen eraf, plakten
die op een strook hardboard en zetten het gecamoufleerde hardboard terug op de
plaats van de boeken. Voila, een perfecte ruimte achter de nepruggen, waar we
onze weckflessen met chemicaliën kwijt konden. Er was zelfs nog ruimte over voor een
paar beugelflesjes Grolsch-bier, want bier mocht we ook al niet hebben :( De list is ondanks latere
inspecties nooit ontdekt.
Hoewel het
ding dat we wilden produceren in feite een granaat was, noemden wij het ‘de
bom’. De inkoop van de stofjes verdeelden we onderling en ik werd belast met
het ontwerpen, het regelen van de onderdelen voor de behuizing en constructie:
een stuk naadloze stalen pijp en nog wat spullen. Supersolide in ieder geval. De tekening zou ik nog steeds kunnen oplepelen, maar dat zou maar
leiden tot verkeerde dingen en ik
zou opgepakt kunnen worden als terrorist.
Dat, we
wat we deden, gevaarlijk was waren we ons bewust. We namen allerlei
veiligheidsmaatregelen: gescheiden opslaan van de ingrediënten, fijnmaken in de
vijzel in kleine hoeveelheden, mengen tot kruit en het vullen van een
projectiel op het laatste moment. Het belangrijkste: projectielen niet
afsluiten tot vlak voor het moment van de explosie. Als er voor die tijd iets
fout zou gaan zou het een steekvlam worden en geen explosie. Hoe voorzichtig we
ook waren, naar de kennis van nu was het behoorlijk riskant, we droegen geen
bril of beschermende kleding. Ik ben dol op ondernemende jongens, maar ik zou het
niet prettig vinden als mijn kleinzoon zulke dingen
zou gaan doen. Ik zal hem in ieder geval niet aanmoedigen of het hem leren leren.
Op de
oudejaarsnacht was het zover. We begaven ons naar een groot onbebouwd terrein
in de nieuwbouwwijk van den Haag. Min zusje van 12 mocht ook mee, maar alleen
als ze een militaire helm opzette! We rolden een snoer uit van een meter of
dertig, kropen in dekking achter een muur en drukten op de knop. Er gebeurde:
helemaal niets. De ontsteking was bij het vullen blijkbaar gesneuveld.
Aansluiten aan de dynamo van een in allerijl opgehaalde Solex veranderde
daar niets aan.
Niet voor
één gat te vangen, bedachten we ter plekke Plan B. Ik vond in de buurt een
betonnen VelopA rijwielblok. Zo één waar je je voorwiel krom in terugvond als
je terugkwam van je boodschappen.
Het ding werd
met punt in de modder gezet, we kantelden de Solex erboven en goten de benzine in de gleuf.
Lucifer er van een afstand ingegooid,
rennen naar de muur en wachten. Toen de vlammen waren gedoofd en we juist dreigden
achter de muur vandaan te komen volgde er een enorme oranjerode steekvlam met een knal waar de ruiten tot in de verre omtrek door rinkelden. Dat we daar geen
blijvende gehoorschade aan hebben overgehouden mag een wonder heten.
Dat er geen ruiten zijn gesneuveld was uitsluitend te danken aan de afstand in open veld tot de bebouwing. De krater was 60 cm diep en bijna drie meter in omvang. Het ontketende geweld had onze verwachting ver overtroffen. We waren erg geschrokken van het feit dat de explosie zo was vertraagd en het weinig gescheeld had dat we achter de muur vandaan waren gekomen. Dan zouden er zeker slachtoffers zijn gevallen.
Dat er geen ruiten zijn gesneuveld was uitsluitend te danken aan de afstand in open veld tot de bebouwing. De krater was 60 cm diep en bijna drie meter in omvang. Het ontketende geweld had onze verwachting ver overtroffen. We waren erg geschrokken van het feit dat de explosie zo was vertraagd en het weinig gescheeld had dat we achter de muur vandaan waren gekomen. Dan zouden er zeker slachtoffers zijn gevallen.
De
volgende dag zijn we gaan kijken. Er was geen onderdeeltje van ‘de bom’ meer te
vinden. Het grootste stuk van het gewapend betonnen rijwielblok dat we hebben teruggevonden was kleiner dan de muis van mijn hand. Nu zagen we pas echt in hoe gevaarlijk onze 'uitvinding' was. Het moet een projectiel zijn geweest dat tegenwoordig geschikt zou zijn geweest voor een terroristische aanslag, al hadden we daar toen nog geen weet van. Zelfs voor ons was dit over de rand.
Maar ……. we hadden bewezen dat we het konden, en hoe ……! Dat was ook wat waard. Het was een waardig afscheid. Van het jaar en van het maken van explosieven.
Maar ……. we hadden bewezen dat we het konden, en hoe ……! Dat was ook wat waard. Het was een waardig afscheid. Van het jaar en van het maken van explosieven.
Wat een gevaarlijk avontuur Wim .. Goed dat jullie honger naar nog meer explosief onderzoek na deze bijna oerknal zeg maar - want zo moet het ergens geklonken en ook aangevoeld hebben - stil werd gelegd. Beter nog is dat je het kan navertellen en dat er niks ernstiger is gebeurd.
BeantwoordenVerwijderenNiettemin een spannend drieluikje om te lezen! En nu maar hopen dat er geen terroristen 'to-be' zich gaan laten inspireren door jouw blogje ;)
Ik was erbij,samen met Sjoerd,op die bewuste avond.Terwijl jullie bezig waren met het installeren van de "bom" moesten wij,op veilige afstand,de weg in de gaten houden.De plek was vlak nabij onze te bouwen pastorie, die er overigens nooit is gekomen.Ik herinner me nog dat de knal behoorlijk was!!Spannend was het zeker.
BeantwoordenVerwijderenFrank
Hoi Willem,
BeantwoordenVerwijderenWat een super stories. Het lijken de stunten wel, welke wij op onze schietvereniging uithaalden met zwart kruit en laboratorium flesjes en onderwaterlont (met kruit en suiker) . Zo konden wij met deze onderwaterbommen paling vissen. Het was alleen wel de grap dat de woonboot van mijn schiet vriend op een gegeven moment 1 meter omhoog uit het water kwam en zijn tv , vazen en karaffen in de huiskamer aan stukken lagen. De onderwaterbom was te zwaar afgevuld.
Zo ook een onverwachte krater achter ons huis ( de knal was groter dan verwacht!! grote lol ) etc etc
Groetjes,
Ab
De moraal: Hoe goed we ons ook proberen voor te bereiden, sommige knallen vallen harder uit dan we verwachten. Dat beperkt zich niet tot de jaarwisseling. :)
BeantwoordenVerwijderenDat heet "de goden verzoeken" maar met een bewaarengel op jullie schouders er heel vanaf gekomen.... Tjonge, wel een ervaring voor je leven.
BeantwoordenVerwijderenGroetjes
Marion
Duizend keer %&#@*!!!!
BeantwoordenVerwijderenDank voor je inspiratie dit jaar!
En de fijne foto’s.
Kijk naar ze uit.
Liefs en liefs en liefs voor 2012
L
Willem , ik kan echt genieten van je schrijfsels, je kan alles (hoe ingewikkeld het ook moge zijn) zo perfect aan de man/vrouw brengen. Nooit onbreekt dat tikkeltje humor of cynisme, ik hou van je schrijfstijl.
BeantwoordenVerwijderenDoe zo verder in het komende jaar schrijverke.
Lieve groet. M.