Gisteren lag de jaarlijkse speelgoedcatalogus in de brievenbus. Dit jaar 430 pagina’s dik!
De herfst is nauwelijks begonnen of Sinterklaas en de Kerstman werpen hun immense schaduwen vooruit. Frankrijk heeft bij gebrek aan eigen traditie van een Vrijgevig Heerschap, Santa Claus omarmd. Je moet als middenstand toch wat om je eindejaaromzet te maken? Het bespaart Frankrijk in ieder geval een ZwartePieten Discussie, maar het spelletje kennen ze wel. Ze noemen het hier natuurlijk geen zwartepieten, maar ‘jeu de blâme’ en ze zijn er erg goed in, zeker in de politiek.
Erg zinvol is het speelgoedboek voor ons niet meer. Afgelopen jaar hebben onze kleinkinderen ons laten weten dat het in plastic kratten opgetaste speelgoed, dat we hier voor ze bewaren, op een uitzondering na wel weg kan. Er zit dan precies een generatie tussen. Onze zoon en kleinzoon hebben tot hun 12e met dezelfde Playmobil gespeeld die nu in een krat zit.
Het zou daarom logisch zijn als ik het uitnodigend gekleurde boekwerk meteen op de stapel oud papier zou leggen. Maar zo logisch ben ik niet. Ik heb iets met speelgoed, altijd gehad en altijd gehouden. Misschien omdat elke man een jongen blijft en dus speeltjes nodig heeft, maar misschien ook omdat ik dat punt destijds niet royaal ben bedeeld. Als oorlogskind kon dat niet en direct na de oorlog, mijn speelgoedleeftijd, was speelgoed schaars en slecht. Toen onze kinderen klein waren heb ik veel speelgoed voor ze gekocht, vooral omdat ik het zelf mooi vond. Misschien was ik wel onbewust jaloers omdat ik het zelf had gemist.
De eerste jaren moest ik het doen met een afgerond blok beukenhout met een inkeping, voorzien van rode houten wielen die er met een spijker ingetimmerd waren. Bij het minste gebruik viel een achterwiel er af met spijker en al. Het blok stelde een auto voor, maar het leek er niet op, zelfs in niet mijn rijke kinderfantasie. Toch heb ik het pas een paar jaar geleden weggegooid. Ik had het bewaard als illustratie van die tijd, mijn tijd.
Op mijn 4e kreeg ik van Sinterklaas het ‘Oudhollandsch Ganzenbord’ dat we met de kleinkinderen nog steeds spelen, inclusief de traditionele bruine bonen waar we mee betalen. Dat ik nog weet dat ik het op 5 december 1946 kreeg, komt alleen maar omdat het erop staat in mijn vaders handschrift.
Later kreeg ik een van lichtmetaal gegoten legergroene Jeep, het eerste speelgoed dat ‘echt’ leek voor zover ik me herinner. Het ding was robuust, al kreeg de Jeep op den duur een probleem met een vooras. Achteraf heb ik pas begrepen dat dat overeenkomstig de werkelijkheid was.
Jaren later heb ik de Jeep gemodificeerd met beugels uit de Mecano-doos die de Goedheiligman me schonk. Het was een kleine doos, mijn ouders hadden het toen niet te breed, je kon er dus niet veel mee maken, maar de onderdelen waren prima voor iets anders gebruiken. Nu konden er tenminste jerrycans mee voor onderweg. Zo heeft de doos toch nog een bijdrage geleverd aan mijn technische ontwikkeling.
Onlangs kon ik eindelijk over mijn hart verkrijgen om de Jeep in mijn emmertje 'klein-oud-ijzer' te gooien. Het was nog niet vol dus ik had het nog niet weggebracht. Vanmiddag kon ik hem nog even opdiepen voor deze foto en hem niet geheel zonder emotie bekijken. Na de foto is hij weer zachtkens in het emmertje beland, bovenop afgekeurde bouten en moeren. Hoezo nostalgie?
Zoals elk jaar heb ik ook dit jaar weer in de catalogus gekeken als een groot kind. Geen spoortreintjes, die zijn er nog wel, maar die zijn al jaren uit. Nee, radiografisch speelgoed dat is pas mooi! Radiografische vliegtuigen, daar kan ik verlekkerd naar kijken. Ik heb zo’n helikoptertje, al stelt dat niet veel voor. Dit jaar zijn al er betaalbare 4-assige drones met een cameraatje aan boord. ’t Is dat de camera erin zo beroerd is, anders zou ik spontaan in Sinterklaas gaan geloven, desnoods in de Kerstman.
Super mooi blog Willem.
BeantwoordenVerwijderenLG
Judith
Willem, hoe kan je die Jeep nou weggooien!!!! Haal em uit je emmertje als t nog niet te laat is!!!! Waarom repareer je de vooras niet? Volgens mij heb je dan veel meer voldoening als dat je iets elektronisch koopt uit de katalogus. Zet em met kerst op de schoorsteen; doe um desnoods bij de kerstspullen dan heeft ie ook een plek en kom je em niet t hele jaar tegen, met de vraag wat moet ik ermee? Zo,n tasbare herinering aan je jeugd; leuk of niet leuk, krijg je niet meer. Met hartelijke groet, Dirk Jan
BeantwoordenVerwijderenOK, Dirk Jan zal 'm bewaren en repareren als ik nix te doen heb, maar of dat nog lukt voor de Kerst?.
BeantwoordenVerwijderen